Steeds vaker wordt tijdens reorganisatieprocessen geëxperimenteerd met bijvoorbeeld een nieuwe werkwijze of met samenwerkingsvormen. Deze proefnemingen krijgen meestal het predicaat ‘pilot’.Volgens de WOR zijn besluiten die experimenteel zijn van karakter niet adviesplichtig áls het besluit beperkt is én tijdelijk van karakter. Ook moet vaststaan dat de eigenlijke besluitvorming pas later zal plaatsvinden.
Er is niet mis met het doen van proefnemingen. Maar, in de praktijk kunnen pilots aanleiding zijn tot misverstanden tussen directie en medezeggenschap omdat de overlegpartners niet hetzelfde beeld hebben van het karakter, de omvang en duur van de pilot. Verder denken bestuurders soms dat de OR geen rol heeft bij pilots. En dat is dus onterecht.
Zo blijkt uit jurispudentie dat ingeval van pilots de rechter kijkt of er sprake is van vooruitlopen op de nieuwe praktijk, of het gaat om een nog omkeerbare keuze waar dan het beïnvloedingsmoment zit van de OR. De uitkomst van deze afweging zou kunnen zijn dat het advies- of instemmingsrecht dus wel van toepassing is.
Voor het managen van de wederzijdse verwachtingen over de pilot én over de rol van de OR daarbij, is het essentieel om stil te staan bij de volgende aandachtspunten, en om daarover concrete afspraken te maken:
Meer informatie?
Cindy Fornari: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.