Bij problemen op het vlak van medezeggenschap wordt veelal gekeken naar de rol en houding  van  de OR en de bestuurder. Logisch, want dat zijn de partijen die met elkaar praten over organisatie- en personele vraagstukken. Onlogisch, want de bestuurder heeft niet dagelijks direct contact met de ‘werkvloer’. Dat hebben de managers wel. Daarbij zijn zij verantwoordelijk voor het uitrollen van besluiten. Hun houding en gedrag zijn wellicht nog meer bepalend voor het OR-klimaat dan die van de bestuurder alleen.

Managers weten als het goed is wat leeft en speelt in hun team en hoe organisatieveranderingen  landen in de praktijk. Ze zijn het zich waarschijnlijk niet bewust, maar iedere dag hebben ze hierdoor te maken met allerlei vormen van medezeggenschap. Zo zoeken medewerkers naar diverse kanalen om hun mening op de juiste tafel te krijgen en hun invloed aan te wenden. In geval van goed leiderschap zal die tafel ook die van de direct leidinggevende zijn. Het is de tevens de manager die samen met zijn medewerkers invulling geeft aan  het werkoverleg, en daarmee aan een belangrijke vorm van directe medezeggenschap. Een manager krijgt daarnaast te maken met medewerkers die OR-lid zijn en met mensen die tijdelijk willen meedoen met de OR als onderdeel van hun persoonlijke ontwikkeling. Ten slotte zijn de managers degenen die directiebesluiten uitvoeren waarbij de OR over hun schouder meekijkt.

De leidinggevende is zodoende de brug tussen beleid en uitvoering, organisatie en mensen alsmede tussen directe en indirecte medezeggenschap. Aan zijn of haar tafel kan de OR veel invloed uitoefenen, mits de manager kan omgaan met de spanningsvelden die bij deze brugrol horen en in staat is de OR mee te nemen in wat er gaande is.

Een open en actieve houding van managers naar de OR bevordert o.a. de informatie-uitwisseling en het inzicht in wederzijdse belangen, kansen en risico’s. Een dergelijk managementhouding komt er niet vanzelf. Belangrijk daarvoor is dat de OR op zijn beurt het management ook met open vizier tegemoet treedt en dat de bestuurder het management steunt en vertrouwt.

Openheid, steun, lef en vertrouwen zijn belangrijke pijlers waarop de brugfunctie van het management rust. Het is de dus de moeite waard om in de zoektocht naar het verbeteren van het OR-proces  deze functie eveneens onder de loep te nemen. Het zijn immers de bestuurder, OR én manager die in samenspel met elkaar medezeggenschap invloedrijk laten zijn. 

Reageren: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Deel deze pagina