De grondlegger van het verbindend of geweldloos communiceren is Marshall B. Rosenberg. Hij herkende patronen in ons taalgebruik die angst veroorzaken waardoor mensen elkaar gaan ontwijken, met elkaar gaan vechten of juist bevriezen in het contact. In elk geval verliezen gesprekspartners de verbinding met elkaar. Het doel van verbindend communiceren is dan ook het opbouwen van een relatie die is gebaseerd op openheid en empathie (invoelen zonder je mee te laten sleuren) waardoor uiteindelijk ieders behoefte kan worden vervuld.

Luisteren is een essentiële vaardigheid. Rosenberg ontdekte dat mensen luisteren met oren van de jakhals of giraffe:

  • Jakhals, die alle kritiek, oordeel en schuld hoort. Als zijn oren naar buiten staan is alles wat hij hoort gericht op de ander (‘jij bent fout’) als ze naar binnen staan dan is alle kritiek gericht op zichzelf (‘ik ben fout’).
  • Giraffe, die geen kritiek, oordeel of eisen hoort. Hij luistert met empathie en hoort wat werkelijk wordt gevoeld en verlangd. Ook deze oren kunnen naar buiten staan en naar binnen.

Belangrijk is leren te luisteren naar jezelf en de ander met de oren van de Giraffe, en zodoende te leren communiceren vanuit het willen weten en het nieuwsgierig zijn naar de ander. 


Belangrijke elementen van het verbindend communiceren zijn:

  • Waarneming: betreft het benoemen wat je ziet en hoort en niet wat je ervan vindt. Een waarneming waarin een oordeel zit wordt door de ander vaak opgevat als kritiek. Waarnemen is het vermijden van generaliseringen (‘Henk voetbalt slecht’) en om het doen van tijd- en contextgerichte waarnemingen (‘Henk heeft de aflopen twintig wedstrijden geen doelpunt gemaakt’).
  • Gevoel: gaat over het uiten van gevoelens die worden opgeroepen door een waarneming. Door een woordenschat te ontwikkelen waarmee we specifieke gevoelens duidelijk kunnen identificeren en benoemen, kunnen we makkelijker contact maken.
  • Behoefte: betekent het onderkennen van de behoefte achter de gevoelens (‘waarom ben ik boos?’). Hoe directer gevoelens en behoeften aan elkaar worden gekoppeld, hoe makkelijker het is voor de ander om empathisch te reageren. (‘Ik voel mij boos dat je te laat komt, want ik had gehoopt op de 1e rij te kunnen zitten’).
  • Verzoek: heeft betrekking op de vraag wat we graag van elkaar zouden willen. Belangrijk is om vage, abstracte of onduidelijke bewoordingen te vermijden en om duidelijk te zijn in wat we wel willen in plaats van wat we niet willen. Overigens is het doen van een verzoek niet hetzelfde als het stellen van een eis.  

Medezeggenschap is voor een heel groot deel een communicatieproces. Investeren in verbindend communiceren is belangrijk om erachter te komen wat er echt speelt bij de overlegpartners. Het vergroot het vermogen om beelden en verwachtingen met elkaar te delen waardoor het transparanter is wat bestuurder en OR willen en waarom. Het maakt medezeggenschap vele malen effectiever.

 

Meer informatie?
Cindy Fornari: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Deel deze pagina